Theorie Menbewijs oefenen V3

Menbewijsexamen versie 3

1. Waar vind je de lendenen bij een paard?
2. Waarom rijd je met een zweng als je paard een borsttuig draagt?
3. Welk type van huisvesting is in het kader van welzijn verboden?
4. Hoe bepaal je of je aanspanning aan de richtlijnen voor welzijn voldoet?
5. Wat is het nut van het wassen van een rijtuig na iedere rit?
6. Wat is weven?
7. Wat kun je doen als je paard niet (graag) in de trailer wil?
8. Je rijdt als enige weg van een groep andere ruiters/menners, dan kun je het beste:
9. Hoe herken je spierbevangenheid?
10. Wat is een nadeel van een tweewielig rijtuig?
11. Wat is de belangrijkste functie van hoefbeslag?
12. Hoe herken je tetanus?
13. Als je het tuig afneemt, waarmee begin je dan?
14. Hoe heet het smalle deel van de hals van het rijtuig wat onderdoor kan draaien?
15. Noem een kenmerk van het gezichtsvermogen van het paard:
16. Waarom houd je een vuistdikte ruimte tussen de rugriem bij het kruis?
17. Waardoor kan hoefbevangenheid ontstaan?
18. Moet een paard vrije beweging kunnen hebben?
19. Welke basisregels gelden in een natuurgebied?
20. Kun je koliek voorkomen?
21. Hoe vaak ademt een paard in rust?
22. Waarom is goede ventilatie in de stal belangrijk?
23. Waarom is controle belangrijk als je met een paard ment?
24. Hoe/waardoor leert het paard?
25. Als een paard niet onbeperkt toegang heeft tot ruwvoer, hoeveel tijd mag er dan maximaal tussen 2 voerbeurten zitten?
26. Kan een paard jou, zijn naam, of commando’s onthouden?
27. Welke reflector(en) moet(en) er minimaal op een menwagen zijn?
28. Wat weet je over de slaap van een paard?
29. Welke combinatie van signalen kunnen je erop wijzen dat een paard pijn heeft?
30. Waarmee begin je als je het tuig afneemt?
31. Welke hulp geef je als eerste bij een combinatie van hulpen?
32. Wanneer moet je richting aangeven?
33. Wat zijn kenmerken van een gezond paard?
34. Wat is de "stokmaat"?
35. Mag je een aangespannen paard vastzetten?