Theorie Menbewijs oefenen V2 Voer uw email in: 1. Waaraan kun je zien of een paard zich tevreden en prettig voelt? aan de stand van het hoofd aan de beharing (glad liggend of opstaand) aan het orenspel en de ooguitdrukking 2. Wanneer ligt het borsttuig goed? de borstriem moet een handbreedte boven het borstbeen liggen de borstriem moet volledig over het borstbeen lopen de borstriem moet een handbreedte onder de halsaanzet liggen 3. Bij welke ziektes hoest het paard veel? Koliek, droes Influenza, koliek Droes, influenza 4. Wat is van de meeste invloed op je paard? andere paarden honger of dorst vermoeidheid 5. Als je met je betuigd paard aan de hand loopt ben je: een bestuurder een voetganger een menner 6. Soms moet je de benen van het paard minstens 10 minuten met koud water afspuiten. Wanner is dat? als de hoef uitgedroogd is als de pezen of kogel warmer of opgezet zijn (blessure) Als je terugkomt van een rit bij warm weer 7. Rijd je met je paard over een veekerend of wildrooster? Nee, erg gevaarlijk dus nooit doen Als je paard het vaker heeft gedaan kan het Een paard is geen vee dus hij kan er overheen 8. Waar moet je op letten als je een spoorwegovergang oversteekt? het paard wil een lange leidsel om de rails te kunnen zien of er niet nog een trein aankomt het paard kan reststroom krijgen als er net een trein geweest is 9. Als een paard een maagzweer heeft, kan dat komen door: te veel stof te warm in de stal te weinig ruwvoer 10. Waar moet je op letten als je rijdt met een vierwielig rijtuig? hij kan scharen hij zal sneller slingeren hij is moeilijker in balans te brengen 11. Hoe leert een paard? Door goede, positieve ervaringen Door goede en negatieve ervaringen Door negatieve, pijnlijke ervaringen 12. Wanneer moet je overdag verlichting hebben? als het zicht minder dan 100 meter is als het zicht ernstig belemmerd is als het zicht minder dan 200 meter is 13. Waarom moet je na een buitenrit de hoeven uitkrabben? anders breng je bacteriën in de stal er kan een steentje of takje in de hoef zitten zo voorkom je dat de hoeven afbrokkelen 14. Waar vind je de lendenen bij je paard? Tussen de heup en het zitbeen Tussen de rug en het kruis Tussen het bekken en de staartwortel 15. Een verbodsbord heeft: een driehoekige vorm en rode rand een vierkante vorm en blauwe achtergrond een ronde vorm en rode rand 16. Wat zijn de kenmerken van een paard met spierbevangenheid? stijve achterhand, verkorte pas, niet willen lopen onrustig, zweten, willen liggen niet willen eten, kijken naar de buik (pijn) 17. Wat is de hartslag van een paard op stal? 60-80 slagen per minuut 40-60 slagen per minuut 28-40 slagen per minuut 18. Wat betekent het bord ” Eigen Weg”? Open voor verkeer, zolang de eigenaar het niet verbiedt Alleen bestemd voor langzaam verkeer, fietsers, voetgangers en ruiters Alleen bestemd voor aanwonenden (mensen die aan die weg wonen) 19. Welk zintuig van het paard is het sterkst ontwikkeld? het gevoel (huid) het zicht (oog) de reuk (neus) 20. Waar zit het lichtoog? boven op het schoftje aan de kap van de buitensingel midden op de oogklep 21. Wat is de juiste volgorde van inspannen? linkerstreng, rechterstreng, rechterbroekriem, linkerbroekriem, singel rechterstreng, linkerbroekriem, rechterbroekriem, linkerstreng, singel linkerstreng, linkerbroekriem, rechterstreng, rechterbroekriem, singel 22. Je houdt altijd controle over je paard tijdens een rit want: het is een vluchtdier, hij kan altijd schrikken daar word je zelfverzekerder van voorbijgangers moeten hem kunnen aaien 23. Hoe leert het paard ’t beste? Door te belonen Door te straffen Door te negeren 24. Je paard heeft een blessure en moet 1 week rust. Je voert: hetzelfde als altijd meer ruwvoer, minder krachtvoer minder ruwvoer, meer krachtvoer 25. Je paard doet iets wat hij niet mag, en je wilt hem straffen. Wanneer kun je dat het beste doen? als je af bent gestapt meteen binnen een paar seconden als hij het nog een keer doet 26. Wat kunnen kenmerken zijn van een ziek paard? glanzende ogen en levendig orenspel langzaam kauwen en haren rechtop koude, harde benen 27. Welke gangen kennen een zweefmoment? draf en galop galop en stap stap en draf 28. Welke planten, bomen, struiken zijn erg gevaarlijk voor je paard? Pinksterbloem, madeliefje en weegbree eikenblad, beukenblad en dennenaalden Rodondendron, taxus, vingerhoedskruid 29. Hoe kun je zien of je paard dominant is naar andere paarden (of naar jou?) hoofd schuin omhoog, oren naar voren hoofd schuin omlaag, oren plat naar achteren hoofd recht omhoog, oren in het midden 30. Noem een voordeel van het borsttuig boven een gareeltuig? het borsttuig kan voor verschillende paarden gebruikt worden het borsttuig geeft een betere drukverdeling het borsttuig kan geen drukkingen veroorzaken Is aan het laden …